Onscherpte door gekanteld scherpstelvlak
Tijdens mijn fotocursussen krijg ik vaak de vraag hoe het kan dat een onderwerp onscherp op de foto staat. Want, zo krijg ik dan te horen, “Mijn camera piepte toen ik scherp stelde, dus ik vind het raar dat ik tóch een (deels) onscherpe foto heb”. Onscherpte kan natuurlijk veel oorzaken hebben zoals scherpstellen op het verkeerde voorwerp, bewegen van het onderwerp of de camera en ga zo maar door. Een probleem waarover je niet zoveel hoort of leest is het fenomeen van het gekantelde scherpstelvlak (plane of focus). Met andere woorden: door de (ten opzichte van het onderwerp) gekantelde camera ontstaat onscherpte van het onderwerp.
Wat is het scherpstelvlak?
Het scherpstelvlak (focus plane) is een theoretisch vlak dat evenwijdig ligt aan de sensor (SV in de illustratie). Als je hebt scherp gesteld dan is in principe alles wat zich op dat imaginaire vlak bevindt scherp.
Voorbeeld
Bij portretfotografie wordt vaak gebruik gemaakt van een groot diafragma om zodoende een mooie onscherpe achtergrond te krijgen. Stel dat je een ’ten voeten uit’ portretfoto wilt maken van iemand van redelijk korte afstand. En stel dat je daarbij een groot diafragma (klein f-getal) wilt gebruiken van bijvoorbeeld f/1.4 of f/1.8 voor een hele kleine scherptediepte.
Een veel gebruikte methode is dan om met het middelste scherpstelpunt (SP) van de camera scherp te stellen op de ogen van de geportretteerde en de camera vervolgens met de ontspanknop half ingedrukt te kantelen (herkadreren) om een nieuwe compositie te maken. Zodoende komt de persoon van top tot teen op de foto. Door het kantelen van de camera wordt echter ook het scherpstelvlak (SV) gekanteld en wordt dus ook de scherpte verlegd.
Door het kantelen van de camera komen in dit voorbeeld de ogen en de voeten respectievelijk achter en voor het focusgebied te liggen met onscherpte als gevolg.
Eerst compositie dan scherpstellen
Illustratie: tijdens het scherpstellen wordt het scherpstelpunt (SP) op de ogen gericht. Door het kantelen van de camera voor het maken van een nieuwe compositie komt SP voor het onderwerp te liggen. Het scherpstelvlak (SV) kantelt waardoor het bovenste deel achter en het onderste deel voor het onderwerp komt te liggen. Met onscherpte in die gebieden als gevolg. In het voorbeeld zullen de ogen en de voeten onscherp worden op de foto.
Een oplossing voor dit probleem is om eerst de compositie te maken en vervolgens een scherpstelpunt te gebruiken dat in de buurt ligt van het belangrijkste deel van het onderwerp (in dit geval ogen). Zo hoef je de camera en dus het scherpstelvlak niet te kantelen en blijft alles in focus. Een andere manier is om een (veel) kleiner diafragma (groter getal) te gebruiken waardoor de scherptediepte groter wordt.
Dit principe geldt natuurlijk niet alleen bij portretten, maar het doet zich in elke situatie voor waar het scherpstelvlak wordt gewijzigd nadat je hebt scherpgesteld. Het wordt zichtbaar als delen van het onderwerp door het kantelen buiten de scherptediepte komen te liggen.
Meer weten?
Bekijk mijn andere blogartikelen of mijn cursus- en workshop-aanbod.